Niemand spreekt zonder gevaar als hij niet op tijd weet te zwijgen.
Vertaald door ‘Abdoelkariem.
Aboe Hoerayrah (moge Allah tevreden zijn met hem) verhaalde dat de boodschapper van Allah (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem) gezegd heeft (Nederlandstalige interpretatie): “Degene die gelooft in Allah en de Laatste Dag zou het goede moeten zeggen of stil blijven. En degene die gelooft in Allah en de Laatste Dag zou gastvrijheid moeten tonen aan zijn buur. En degene die in Allah en de Laatste Dag gelooft zou zich gastvrij moeten opstellen jegens zijn gast.” (as-Sah’ieh’ayn, d.w.z. Sah’ieh’ al-Boekhaarie en Sah’ieh’ Moeslim.)
Het belang van deze h’adieth
Deze h’adieth bespreekt sommige manieren waarop het geloof van een moslim invloed zou moeten hebben op de relatie met anderen. Ibn H’adjar al-‘Asqalaanie schrijft: “Deze h’adieth spreekt over drie zaken, en wanneer deze (drie zaken) nagekomen worden, wordt alles dat goed gedrag inhoudt samengebracht met betrekking tot zowel woord als daad.”
Degene die gelooft in Allah en de Laatste Dag…
Dit is een voorwaardelijke regel. Het is drie maal herhaald in deze h’adieth, iedere keer met een andere voorwaarde.
De eerste (van deze drie voorwaarden) is om het goede te zeggen of te blijven zwijgen. De tweede is om gastvrijheid te tonen jegens je buren. En de derde is om gastvrij te zijn tegenover de gasten.
Deze h’adieth toont ons dat deze drie kwaliteiten een deel uitmaken van de vele kwaliteiten in het geloof. Een persoon die er niet in slaagt om geen enkele kwaliteit (van deze drie) zich eigen te maken, zijn geloof is incompleet en is dringend aan verbetering toe. (Klik op onderstaande afbeelding om het vergroot weer te geven. Gebruik de afbeelding voor da’wah.)
Zeg het goede of blijf stil
Dit is een aanmoediging om het goede en hetgeen nuttig is te zeggen. Tegelijkertijd is het een waarschuwing dat we moeten uitkijken omtrent hetgeen we uitspreken, opdat we niet iets zeggen wat kwaad doet of vals is.
Het is een onderdeel van het geloof van een moslim om de waarheid te zeggen en zaken uit te spreken die anderen van nut zijn. Allah de Verhevene zegt (Nederlandstalige interpretatie): “O degenen die geloven! Vrees Allah en spreek correcte woorden. Hij (Allah) zal jullie daden rechtschapen maken en jullie je zonden vergeven. En wie Allah en Zijn boodschapper gehoorzaamt, hij heeft waarlijk een geweldige triomf behaald.” [Soerat al-Ah’zaab (33), aayah 70-71.]
Allah Soebh’aanahoe wa Ta’aalaa (Glorieus en Verheven is Hij) informeert ons in de Koran (Arabisch: Qor-aan) over sommige zaken die leiden naar het goede in onze spraak en hetgeen anderen van nut is. Hij zegt (Nederlandstalige interpretatie): “Er is geen goeds in veel van hun vertrouwelijke gesprekken, behalve waarin sadaqah (liefdadigheid omwille van Allah) of ma’roef [het goede (#1)] of verzoening (#2) tussen de mensen wordt opgedragen: en wie dit doet, verlangend naar de Tevredenheid van Allah, dan zullen Wij hem een geweldige beloning geven.” [Soerat an-Nisaa-e (4), aayah 114.]
<<< (#1) Ma’roef: een algemeen woord dat alle vormen van goedheid omvat. (Zie Zoebdatoe t-Tefsier mien Fet-h’ie l-Qadier van dr. Moh’ammed ibn Soelaymaan al-Ashqar.)>>>
<<< (#2) Imaam Ah’med leverde over dat Oemm Koelthoem bint ‘Oeqbah (moge Allah tevreden zijn met haar) zei: “Ik hoorde hem (de profeet Moh’ammed – Allahs zegeningen en vrede zijn met hem) nooit toestaan wat de mensen zeggen (aan leugens) behalve in drie gevallen: tijdens een oorlog, bij het teweegbrengen van verzoening tussen mensen, en de woorden van een man (verzonnen complimenten) tegen zijn vrouw en haar woorden tegen haar echtgenoot.” (Overgeleverd in as-Soenen met uitzondering van Ibn Maadjah.) Imaam Ah’med leverde ook over dat Aboe ad-Dardaa-e (moge Allah tevreden zijn met hem) zei dat de boodschapper van Allah (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem) gezegd heeft (Nederlandstalige interpretatie): “Zal ik jullie vertellen wat beter is dan het niveau van vasten, bidden en sadaqah?” Zij (zijn metgezellen) zeiden: “Ja, O boodschapper van Allah!” Hij zei: “Het teweegbrengen van verzoening tussen mensen.” (Overgeleverd door Aboe Daawoed en at-Tirmidzie.)>>>
Wanneer we niets nuttigs te zeggen hebben, is stilte goud (waard). Een keer vroeg Moe’aadz ibn Djabal (moge Allah tevreden zijn met hem) aan de profeet (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem) welke goede daad hem toegang zou verschaffen tot het Paradijs en hem zou weerhouden van het Hellevuur. De profeet (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem) somde hem de deugden/goedheid van vele goede daden op, waarna hij zei (Nederlandstalige interpretatie): “Zal ik jou informeren wat het fundament is van dit allemaal?” (Van al deze goede daden). Moe’aadz zei: “Jazeker.” De profeet (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem) pakte met zijn hand zijn (eigen) tong en zei: “Houd deze in bedwang.” Moe’aadz vroeg toen: “O profeet van Allah! Worden we ter verantwoording geroepen betreffende hetgeen we uitspreken?” De profeet (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem) antwoordde: “Moge jouw moeder jou verliezen, O Moe’aadz! Is er dan iets anders wat er voor zorgt dat mensen met hun gezicht (als eerst) in het Hellevuur worden geworpen naar aanleiding van hetgeen hun tong heeft geoogst?” (Soenan at-Tirmidzie en Soenan Ibn Maadjah.)
We zouden moeten voorkomen om kwaad te spreken over anderen. We zouden beter stil moeten blijven, tenzij we op zoek zijn naar rechtvaardigheid als ons onrecht wordt aangedaan. Allah zegt (Nederlandstalige interpretatie): “Allah houdt niet van het openlijk uitspreken van het slechte, behalve door wie onrecht is aangedaan (om zijn rechten op te eisen). En Allah is Alhorend, Alwetend.” [Soerat an-Nisaa-e (4), aayah 148.]
Onze tongen zijn als zwaarden die van twee kanten scherp (effectief) zijn. Ze zouden voor of tegen ons kunnen werken, in deze wereld en in het Hiernamaals. We worden ter verantwoording geroepen betreffende hetgeen we zeggen. Allah zegt ons (Nederlandstalige interpretatie): “Hij (de mens) zegt geen woord of er is bij hem een waarnemer (engel), die gereed staat (om het te noteren) (#3).” [Soerat Qaaf (50), aayah 18.]
<<< (#3) We dienen te begrijpen dat men niet bestraft wordt louter op basis van Allahs Eigen Kennis, maar nadat aan alle vereisten van rechtvaardigheid voldaan is. Dit is waarom een volledig verslag van eenieders woorden en daden voorbereid is, zodat een allesomvattend en onbetwistbaar bewijs van ieders levenswerk en activiteiten beschikbaar is. Naast de twee engelen die alles noteren, doet ook je eigen lichaam dienst als je persoonlijke band en film waarop alles opgenomen wordt. (Naar van Tefhiem al-Qor-aan, Sayyid Aboe al-A’laa Mawdoedie.) Allah de Verhevene zegt o.a. (Nederlandstalige interpretatie): “Op de Dag dat hun tongen en hun handen en hun voeten tegen hen zullen getuigen betreffende hetgeen zij gewoon waren te doen.” [Soerat an-Noer (24), aayah 24.] Alsook (Nederlandstalige interpretatie): “En volg niet dat waarover je geen kennis hebt. Waarlijk, het gehoor en het gezichtsvermogen en het hart: hierover zal hij ondervraagd worden.” [Soerat al-Israa-e (17), aayah 36.] Allah de Verhevene zal de eigenaar van deze ledematen ondervragen omdat zij slechts instrumenten zijn en de gebruiker is de menselijke ziel. (Zie het artikel De ziel – maak kennis met je ware zelf.) Indien deze het gebruikt heeft in het goede, verdient hij de beloning en indien hij deze in het kwade gebruikt heeft, verdient hij de bestraffing. Allah de Almachtige zal de ledematen doen spreken wanneer Hij hen ondervraagt, waarna deze zullen vertellen wat hun eigenaar heeft uitgevoerd. (Tefsier H’adaa-ieq ar-Rawh’ wa ar-Rayh’aan fie Rawaabie ‘Oeloemie al-Qor-aan.)>>>
De profeet (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem) zei (Nederlandstalige interpretatie): “Waarlijk, een dienaar zal een woord uitspreken waarmee hij Allah behaagt, terwijl hij denkt dat het weinig voorstelt. Maar dankzij dat (goede woord) zal Allah hem in rang doen stijgen. En waarlijk, een dienaar zal een woord zeggen dat Allah ontevreden maakt en hij zal denken dat het weinig voorstelt, maar dankzij deze daad (slechte uitspraak) zal Allah hem naar het Hellevuur sturen.” (Sah’ieh’ al-Boekhaarie.)
We moeten waakzaam zijn dat we geen valsheid uitspreken. We moeten nadenken omtrent hetgeen we willen uitspreken en de mogelijke gevolgen van onze woorden inschatten, alvorens deze uit te spreken.
De profeet (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem) zei ook (Nederlandstalige interpretatie): “Een man zou een woord kunnen uitspreken, zonder haar implicaties te overzien, maar dankzij (dit woord) zal hij dieper duiken/ondergedompeld worden dan de afstand tussen het oosten en het westen.”
<<<In die tijd was het gewoonlijk om ‘verder dan het oosten/westen’ te gebruiken voor “oneindig in afstand”, evenals dat ‘meer dan duizend’ gebruikt werd voor “oneindig in aantal”, want dat was het maximale wat een menselijk verstand van die tijd kon bevatten.>>>
Imaam al-Nawawie becommentarieerde de betekenis van deze h’adieth, zeggende: “Deze h’adieth moedigt ons aan om te waken over onze tong. Een persoon die wil spreken, zou moeten nadenken over hetgeen hij wil zeggen voordat hij het uitspreekt. Als hij inziet dat het enigszins van nut kan zijn, zou hij het moeten uitspreken, anders dient hij zich er van te weerhouden (en dus zwijgen).”
Gastvrijheid tonen jegens je buur en gast
Een daad die voortkomt uit de perfectie van iemands geloof is vriendelijkheid/goedheid tonen jegens degene met wie je interactie hebt, in het bijzonder jegens de buren en de gasten.
Allah de Verhevene zegt (Nederlandstalige interpretatie): “En aanbid Allah en ken geen enkele deelgenoot toe aan Hem. En wees goed voor de ouders en voor de familieleden en de wezen en de armen en de verwante buur en de niet-verwante buur en de naaste metgezel en de behoeftige reiziger en wat jullie rechterhanden bezitten (slaven). Waarlijk, Allah houdt niet van degenen die hoogmoedig en opschepperig zijn.” [Soerat an-Nisaa-e (4), aayah 36.]
De Islam (Arabisch: Islaam) benadrukt de rechten van buren. De profeet (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem) heeft gezegd (Nederlandstalige interpretatie): “Hij is geen gelovige wie verzadigd/vol zit, terwijl zijn buur honger heeft.” (Moestadrak al-Haakim.)
Het zou kunnen betekenen dat men in overweging moet nemen om naar aanleiding van de behoefte van de buurman, zelfs deels af te zien van iemands eigen behoefte/recht. De profeet (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem) heeft gezegd (Nederlandstalige interpretatie): “Niemand van jullie zou zijn buur er van moeten weerhouden om de schuine dakribben/dakskelet op zijn muur/wand te plaatsen (#4).” (Sah’ieh’ al-Boekhaarie en Sah’ieh’ Moeslim.)
<<< (#4) Vergelijkbaar met een rijtjeshuis of een 2-onder-1-kap woning, waarbij het schuine dakskelet (de houten balken die het dak ondersteunen) altijd een beetje uitsteekt van de zijkanten, als hij een beetje uitsteekt (dus in jouw woning) zou je dat moeten toestaan. Uiteraard dient men eerst om toestemming te vragen: het blijft het eigendom van iemand anders.>>>
Het zou een vorm kunnen zijn van het geven van een gift. De profeet (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem) zei (Nederlandstalige interpretatie): “O moslimah! Niemand zou het in overweging moeten nemen om minderwaardig te denken over hetgeen wat je aan je buur schenkt, al zijn het maar de hoeven van een schaap.” (as-Sah’ieh’ayn.)
[Zie het artikel De voortreffelijke positie van buren in de Islam.]
De Islaam leert ons om gul en gastvrij te zijn richting degene die naar ons toe komen als gasten. Inderdaad, degene die naar onze woning komt hebben recht over ons. De profeet (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem) zei (Nederlandstalige interpretatie): “Degene die gelooft in Allah en de Laatste Dag zou gastvrijheid dienen te tonen aan zijn gasten overeenkomstig zijn recht.” De profeet (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem) werd gevraagd: “Wat is zijn recht, O boodschapper van Allah?” De profeet (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem) antwoordde: “Het is (om het beste aan te bieden) voor een dag en een nacht en deze gastvrijheid duurt drie dagen. Wat er daarna (nog meer) komt is liefdadigheid.” (as–Sah’ieh’ayn.)
En naar Allah keren wij allemaal terug.
Relevante artikelen:
Het spreken namens de wetgeving zonder kennis
Letten wij op ons taalgebruik?
Ik lieg niet, ik maak alleen maar een grapje
Roddelen – je hebt je broeders vlees gegeten
7 Manieren waarop je kunt roddelen
Het omschrijven van het weer en/of de tijd als slecht
De belangrijkheid van akhlaaq – goed gedrag
Adviezen van geleerden in de tijd van beproevingen en chaos
Verbeter de wereld, begin bij jezelf
De voortreffelijke positie van buren in de islam
Kijk naar je tong en je handen!
Wanneer vrienden elkaar pijn doen