Soedjoed as-sahw – de soedjoed (neerknieling) van vergeetachtigheid.
De profeet ﷺ (salallaahoe ‘alayhie wa sellem – Allahs zegeningen en vrede zijn met hem) heeft gezegd (Nederlandstalige interpretatie): “Als iemand van jullie iets vergeet (in het gebed), laat hem dan twee neerknielingen verrichten.” (Overgeleverd door Moeslim, 402.)
Vergissen is menselijk, en als dat gebeurd tijdens het gebed waardoor je onopzettelijk extra onderdelen toevoegt, of bepaalde onderdelen vergeet, of in twijfel bent betreffende de onderdelen van het gebed, dan dient men te weten hoe te handelen om deze fouten in het gebed te corrigeren zodat het gebed geldig is en geaccepteerd kan worden door Allah de Verhevene. In alle gevallen dient men twee neerknielingen te verrichten die we soedjoed as-sahw (de neerknieling van vergeetachtigheid) noemen.
Volgens an-Nawawie leren we van de h’adieth van Dzoe l-Yadayn onder andere dat soedjoed as-sahw bestaat uit twee neerknielingen en dat men de tekbier (Allaahoe Akbar) dient te zeggen voor elke neerknieling. Zij zijn als de neerknielingen van het gebed, want zij worden soedjoed genoemd. Als zij anders zouden zijn, dan zou hij dat uitgelegd hebben. Men dient na soedjoed as-sahw de salaam te zeggen, maar er is geen tashahhoed. En als men soedjoed as-sahw moet verrichten omdat men iets extra’s in het gebed verricht heeft, dan moet men het verrichten na de salaam. (Sharh’ Moeslim, 5/71.)
Volgens de meerderheid van de geleerden dient dit te gebeuren bij zowel verplichte als vrijwillige gebeden. Sheikh Ibn ‘Oethaymien zei: “Soedjoed as-sahw is twee sadjdahs (neerknielingen) en dient gedaan te worden in zowel verplichte als naafil (vrijwillige) gebeden als daar een reden voor is.” (Madjmoe’ Fataawaa Ibn ‘Oethaymien, 14/68.)
Om dit artikel goed te kunnen begrijpen en soedjoed as-sahw correct te kunnen uitvoeren, dient men ook het artikel De zuilen en verplichtingen van het gebed goed te bestuderen.
De volgende uitleg is van sheikh Moh’ammed ibn Saalih’ al-‘Oethaymien.
Er zijn drie redenen voor het verrichten van de soedjoed van vergeetachtigheid in het gebed:
1.) Overdaad: zoals wanneer men een extra roekoe’, soedjoed, staan of zitten verricht.
2.) Verzuim: zoals wanneer men een zuil (of pilaar – roekn) of één van de verplichtingen van het gebed nalaat.
3.) Twijfel: wanneer men onzeker is over hoeveel raka’aat (mv. van rak’ah) men gebeden heeft; bijvoorbeeld of men drie raka’aat gebeden heeft, of vier.
Wat de overdaad betreft:
Wanneer men moedwillig een extra roekoe’, soedjoed, staan of zitten verricht, dan is het gebed ongeldig. Dit is zo omdat wanneer men iets in het gebed vermeerdert, men het gebed op een andere manier verricht dan de wijze die is opgedragen door Allah de Verhevene en Zijn boodschapper ﷺ (salallaahoe ‘alayhie wa sellem). De profeet ﷺ heeft gezegd (Nederlandstalige interpretatie): “Wie een daad verricht die niet in overeenstemming is met onze zaak (d.w.z. deze religie), het zal verworpen worden.” [Overgeleverd door Moeslim met deze bewoordingen; en door al-Boekhaarie in een moe’allaq vorm in Het Boek van Verkoop, Hoofdstuk 60; het is ook overgeleverd in moesnad vorm (d.w.z. met een ononderbroken keten van overleveraars die tot aan de profeet ﷺ teruggaat) in Het Boek van Verzoening, in het Hoofdstuk: “Wanneer ze zich met elkaar op basis van een onjuist verdrag verzoenden, dan is het verworpen” (2697); en door Moeslim in Het Boek van Berechtingen, in het Hoofdstuk: “De ongeldigheid van valse berechtingen en de verwerping van innovaties in religieuze zaken”, h’adieth 18 (1718), en met de bewoording: “Degene die innoveerde…” h’adieth 17.]
Indien men echter door vergeetachtigheid iets eraan toevoegt (d.w.z. aan het gebed), dan maakt dit het gebed niet ongeldig. In plaats daarvan dient men de soedjoed van vergeetachtigheid (soedjoed as-sahw) te verrichten na de tesliem. Het bewijs hiervoor is de h’adieth van Aboe Hoerayrah (moge Allah tevreden zijn met hem), toen de profeet ﷺ (salallaahoe ‘alayhie wa sellem) in één van zijn ‘ashiy (middag) gebeden – het dhzohr of het ‘asr gebed – al na twee raka’aat de tesliem verrichtte. Toen ze hem ﷺ daaraan herinnerden, verrichtte hij het resterende gedeelte van het gebed (de overige twee raka’aat), deed vervolgens de tesliem en verrichte daarna twee soedjoed na de tesliem. [Overgeleverd door al-Boekhaarie en Moeslim. Al-Boekhaarie vermeldde het in Het Boek van Gebeden, in het Hoofdstuk: “Het in elkaar strengelen van de vingers in de masdjid en op andere plaatsen” (482) in een verlengde vorm, en in Het Boek van de Adzaan in een verkorte vorm (714) en (715), alsook in het Hoofdstuk: “Over vergeetachtigheid” (1226) en op andere plaatsen. Tevens was het door Moeslim overgeleverd in Het Boek van Masaadjid, in het Hoofdstuk: “Vergeetachtigheid in het gebed”, h’adieth 97 (573).]
Er is ook een h’adieth van Ibn Mas’oed (moge Allah tevreden zijn met hem), waarin hij zei dat de profeet ﷺ (salallaahoe ‘alayhie wa sellem) vijf raka’aat verrichtte terwijl hij hen in het gebed leidde. Toen hij klaar was, werd hem ﷺ gevraagd: “Is het gebed vermeerderd?” Hij ﷺ zei (Nederlandstalige interpretatie): “En waarom vragen jullie dat?” Ze zeiden: “U heeft vijf (raka’aat) gebeden.” Hierop boog hij ﷺ zijn benen, richtte zich tot de qiblah en verrichtte twee soedjoed. [Overgeleverd door al-Boekhaarie en Moeslim: door al-Boekhaarie is het overgeleverd in Het Boek van Gebed, in het Hoofdstuk: “Hetgeen er gezegd is over de qiblah” (404) in een verkorte vorm, en (401) in een verlengde vorm, en in het Hoofdstuk van Vergeetachtigheid (1227) en op andere plaatsen; en het was door Moeslim overgeleverd in Het Boek van Masaadjid, in het Hoofdstuk: “Vergeetachtigheid in het gebed”, h’adieth 91 (572).]
Wat betreft het verzuim van een zuil (roekn):
Wanneer men één van de zuilen van het gebed verzuimt, dan valt hij in één van de volgende categorieën:
1.) Men herinnert het zich voordat men haar plaats in de volgende rak’ah bereikt. In dit geval dient men terug te gaan, de zuil (of pilaar – roekn) uit te voeren en hetgeen erna komt.
2.) Men herinnert het zich pas nadat men haar plaats in de volgende rak’ah bereikt. In dit geval zal de tweede rak’ah in de plaats komen van de rak’ah waarin men de zuil verzuimde, en zo verricht men er een rak’ah voor in de plaats.
In beide situaties dient men na de tesliem twee keer soedjoed te verrichten.
Een voorbeeld van situatie 1 is dat een man opstaat na het verrichten van de eerste sadjdah (soedjoed) in de eerste rak’ah – hij heeft dus niet gezeten, noch heeft hij de tweede sadjdah verricht. Daarna, toen hij aan de recitatie (van de tweede rak’ah) begon, herinnerde hij zich dat hij geen tweede soedjoed, noch het zitten tussen de twee soedjoed in, heeft verricht. In dit geval dient hij terug te gaan en te zitten tussen de twee soedjoed, vervolgens de soedjoed te verrichten, dan te staan, hetgeen dat van zijn gebed overgebleven is verrichten, en vervolgens dient hij na de tesliem de soedjoed van vergeetachtigheid (soedjoed as-sahw) te verrichten.
Een voorbeeld van situatie 2 is een persoon die zich de fout (het verrichten van één sadjdah in plaats van twee) pas realiseert als hij tussen de twee soedjoed in de tweede rak’ah zit. In dit geval zal de tweede rak’ah de eerste rak’ah zijn, en dient hij een rak’ah aan zijn gebed toe te voegen en na de tesliem de soedjoed van vergeetachtigheid te verrichten.
Wat betreft het verzuim van een verplichte handeling:
Indien men het verzuimd heeft en het van haar plaats naar een andere plaats verplaatste, bijvoorbeeld wanneer men “Soebh’aana Rabbiya l-A’laa (Geprezen is mijn Heer, de Verhevene)” vergeet te zeggen (tijdens de soedjoed), en men het zich pas herinnert nadat men het hoofd van de soedjoed op heeft geheven, in dat geval heeft men door vergeetachtigheid verzuimd één van de verplichte handelingen van het gebed te verrichten. Men dient dan door te gaan met het gebed en de soedjoed van vergeetachtigheid te verrichten vóór het verrichten van de tesliem. Dit is zo omdat, toen de profeet ﷺ (salallaahoe ‘alayhie wa sellem) de eerste tashahhoed verzuimd had te verrichten, hij zijn gebed vervolgde en niet terug ging, en hij ﷺ verrichtte de soedjoed van vergeetachtigheid vóór het verrichten van de tesliem. [Van de h’adieth van ‘Abdoellaah ibn Boeh’aynah (moge Allah tevreden zijn met hem), overgeleverd door al-Boekhaarie en Moeslim: al-Boekhaarie vermeldde het in Het Boek van de Adzaan, in het Hoofdstuk: “Degene die de tashahhoed niet als een verplichting ziet” (829), in het Hoofdstuk over Vergeetachtigheid in het gebed (1224 en 1225) en op andere plaatsen. Tevens was het door Moeslim overgeleverd in Het Boek van Masaadjid, in het Hoofdstuk: “Vergeetachtigheid in het gebed”, h’adieth 85 (570).] (De eerste tashahhoed is een verplichting, de tweede tashahhoed is een zuil.)
Wat twijfel betreft:
Dit is het onzeker zijn betreffende overdaad en verzuim, zoals het onzeker zijn over hoeveel raka’aat men gebeden heeft. [De twijfel dient tijdens het gebed te zijn en niet erna. Twijfels na het beëindigen van het gebed dienen genegeerd te worden – tenzij er duidelijke indicaties zijn, anders opent dit de deur voor weswesah (influisteringen van de satan) en onnodige toevoegingen aan het gebed.] Deze kwestie van twijfel valt altijd in één van de volgende twee categorieën:
1.) Eén van de twee gevallen – overdaad of verzuim – lijkt hem waarschijnlijker, en dus baseert hij zijn handeling op hetgeen hem het meest waarschijnlijk lijkt: conform dit voltooid hij zijn gebed. Vervolgens verricht hij na de tesliem de soedjoed van vergeetachtigheid. Een voorbeeld van dit geval is wanneer een man het dhzohr gebed verricht en vervolgens onzeker is of hij nu in de derde of in de vierde rak’ah is, maar het lijkt hem het meest waarschijnlijk dat het de derde is. Dus hij verricht nog een rak’ah, vervolgens de tesliem en daarna de soedjoed van vergeetachtigheid (soedjoed as-sahw).
2.) Geen van beide mogelijkheden lijkt hem het meest waarschijnlijk, en dus baseert hij zijn handeling op hetgeen waar hij het meest zeker van is, en dat is het laagste aantal, en voltooit hij zijn gebed hierop baserend. Vervolgens verricht hij de soedjoed van vergeetachtigheid (soedjoed as-sahw) vóór de tesliem. Een voorbeeld van degene die niet in staat is te beslissen welke van de twee gevallen hem het meest waarschijnlijk lijkt, is een man die het dhzohr gebed verricht en vervolgens twijfelt hij over of dit nu de derde rak’ah is of de vierde. Hij is niet in staat te beslissen of het nou waarschijnlijker is dat hij nu in de derde rak’ah is of in de vierde; dus baseert hij zijn handeling op hetgeen waarvan hij zeker is; dit is het laagste aantal. Hij maakt er de derde rak’ah van, verricht vervolgens een vierde rak’ah en verricht vóór de tesliem de soedjoed van vergeetachtigheid.
Samengevat
Uit bovenstaande blijkt dat de soedjoed van vergeetachtigheid vóór de tesliem is in de gevallen waar één van de verplichte handelingen verzuimd is te verrichten, of indien hij onzeker is over het aantal raka’aat en hij niet in staat is te beslissen welke van de twee gevallen hem het meest waarschijnlijkst lijkt.
De soedjoed van vergeetachtigheid is na de tesliem in gevallen waarin men overdadig in het gebed is geweest, of hij is in twijfel en wanneer één van de twee gevallen hem het meest waarschijnlijk lijkt.
En Allah weet het best.
Wat dient men te zeggen tijdens soedjoed as-sahw?
[Toevoeging uwkeuze.net.]
De auteur van al-Soenan wa l-Moebtada’aat gaf aan: “Er is geen verslag dat de profeet ﷺ (salallaahoe ‘alayhie wa sellem) specifieke woorden zei tijdens soedjoed as-sahw; de adzkaar die men kan zeggen in soedjoed as-sahw zijn dezelfde als die gereciteerd worden in de soedjoed van het gebed. Wat betreft het geloof dat men ‘Soebh’aan man laa yashoe waa laa yanaam (Glorieus is Degene Die niet vergeet en niet slaapt)’ dient te zeggen, noch de profeet ﷺ noch de sah’aabah deden dit en er is geen bewijs voor in de Soennah.” (P. 74-75.) Men kan dus “Soebh’aana Rabbie al-A’laa (Glorieus is mijn Heer, de Verhevene)” zeggen, of andere tasbieh’aat die overgeleverd zijn als zijnde soennah om te zeggen in soedjoed. Andere soennah smeekbeden kunnen ook gereciteerd worden.
En Allah weet het best.
Relevante artikelen:
De zuilen en verplichtingen van het gebed
Het gebed (diverse artikelen)