Mijn terugkeer naar Allah.
Bismiellaahie ar-Rah’maanie ar-Rah’iem – in de Naam van Allah, de Erbarmer, de Meest Barmhartige.
Mijn ontdekkingsreis
Allebei mijn ouders zijn moslim, al-h’amdoelillaah (alle lof is voor Allah), dus ik werd geboren in een moslimgezin. Ook heeft de Islaam altijd een belangrijke rol gespeeld binnen onze opvoeding. Mijn vader heeft me al van jongs af aan de Qor-aan (Koran) leren lezen, en hoe ik de salaat (gebeden) moest verrichten etc. Ik deed dat dan ook wel, maar ik had vaak het gevoel dat het een verplichting was, waar ik geen zin in had, omdat ik het te druk had met t.v. kijken of spelen.
Mijn gedachten waren gewoon met heel andere dingen bezig. Tot ik wat ouder werd en zelf op onderzoek ging naar de Islaam, dit is ongeveer 2 jaar geleden, ik was toen 18 jaar. Ik had toen een drang naar antwoorden op mijn vragen, waardoor ik continu boeken las en ze bestudeerde.
Ik begon dingen steeds beter te begrijpen en ik vond mijn dien (religie, manier van leven) steeds mooier en mooier, mashaa-e Allaah (Allah heeft het zo gewild), overal was er een antwoord op! Ook begon ik samen met mijn beste vriendin islamitische bijeenkomsten te bezoeken, en daar heb ik ook echt heel veel van geleerd, ik stond versteld van alle informatie die ik kreeg en van alle kennis die ik opdeed. Ook waren dat de hoofdonderwerpen die ik samen met mijn vriendinnen besprak als we een gezellig dagje bij elkaar waren, en daar genoot ik werkelijk van! Maar aan de andere kant, bleef shaytaan (de satan, de duivel) aanwezig. Ik had het gevoel dat ik nu wist waar mijn dien voor stond en dat ik nu wel moest praktiseren, want als je iets weet en het bewust nalaat, dan bega je een zonde.
Ik ben een moslimah, maar je kunt aan mijn uiterlijk niet zien dan ik een moslimah ben, want ik kleed me als een ongelovige… Dat knaagde continu aan me, en ik wilde zo graag de kracht hebben om de h’idjaab te dragen, maar dan liet ik me weer verleiden door deze doenyaa (wereld) en de gedachten dat ik na mijn studiestage gelijk zou beginnen met het dragen van de h’idjaab. (Zie o.a. het Engelstalige artikel Top Ten Excuses Of Muslim Women Who Don’t Wear Hijaab And Their Obvious Weaknesses.) Voor mezelf had ik dat al besloten en ik was vast beraden, maar Allah de Verhevene weet natuurlijk het best. Je kunt plannen maken, maak uiteindelijk is er geen garantie dat ik zal blijven leven totdat ik mijn stage heb afgerond, en dat wist ik wel, maar realiseerde me dat niet. Totdat mijn ogen werden geopend; kort daarna raakte ik ernstig ziek. Ik bleek zelfs nog zieker te zijn dan ik dacht. Ik kreeg van doktoren te horen dat ik de ziekte van Hodgkin heb, dit is een lymfklierkanker. Ik dacht dat mijn wereldje totaal instortte en dat ik hulpeloos zou zijn. Maar al-h’amdoelillaah, ik zocht automatisch mijn toevlucht bij Allah de Verhevene, en dat natuurlijk met Zijn Wil.
Ik heb weken in het ziekenhuis gelegen, en daar ben ik heel diep over mijn dien gaan na denken, niet zoals ik voorheen had gedaan, ik beleefde het ook dit keer heel anders, Soebh’aan-Allaah (Glorieus is Allah)… Ik voelde me zo sterk, dat het me gewoon niet meer interesseerde wat anderen van me dachten, mijn ogen waren geopend, het is tussen mij en Allah de Verhevene, er zal in het Hiernamaals niemand zijn die mij komt helpen, of wat dan ook, ook dan zal ik het zelf moeten doen. Ik heb me nog nooit zo dicht bij Allah gevoeld als toen, al was ik ‘s nachts alleen en had ik pijn of was ik verdrietig, ik kwam telkens weer tot rust door de kracht die Allah mij gaf. Mashaa-e Allaah, wal-h’amdoelillaah, wa laa illaaha ill-Allaah, Allaahoe Akbar, maar ik weet dat dit een beproeving is voor mij, die ik in shaa-e Allaah (als Allah dat wil) met geduld zal dragen, dit is de Wil van Allah geweest om mijn ogen te openen en dichter tot Hem te komen, en dit is een gevoel die ik iedere moslim-broeder-zuster gun. Ik ben toen ook direct al-h’idjaab gaan dragen, omdat ik me realiseerde dat als ik het wilde het gelijk moest doen, en me niet moest laten weerhouden zoals ik al eerder had gedaan, ik zag het als een tweede kans, die ik met beide handen greep. Sinds de dag dat ik mijn h’idjaab ben gaan dragen, voelde ik me pas compleet, ik was echt trots dat ik aan de buitenwereld liet zien dat ik een moslimah ben (in shaa-e Allaah). En Soebh’aan Allaah, ik had het gevoel dat ik sterker in mijn schoenen stond. Ik weet nog dat ik hem de eerste dag droeg en ik keek naar boven en zei tegen mezelf: Yaa Allaah (O Allah)! Wees alsjeblieft tevreden op mij… Allaahoema amien (O Allah, accepteer dit van ons).
Ik heb veel chemokuren moeten doorstaan, en het leek allemaal heel goed te gaan, maar bi-idznillaah (met de Wil van Allah) is de kanker weer terug gegroeid en de doktoren zagen het als een raadsel, omdat mijn herstel voorspoedig verliep. Medisch gezien is er nog één mogelijkheid voor me, dat is een ander soort van chemotherapie, maar de doktoren zien maar een kleine kans van slagen. Daarna zouden ze in principe niks meer voor mij kunnen doen. Als ze zoiets tegen je zeggen, dan komt dat heel hard aan, en je begrijpt het in eerste instantie ook niet zo goed. Tijdens dat gesprek moest ik huilen en mijn moeder ook, maar we bleven allebei rustig. De doktoren die stonden er van te kijken, en zeiden ook, dat ze het heel bijzonder vonden hoe wij het ‘slechte nieuws’ opnamen. Maar dat is echt de kracht van Allah de Verhevene, ik had namelijk gelezen dat als je slecht nieuws ontvang je moest zeggen: wal-h’amdoelillaahie ‘ala koelie h’aal (en alle lof is voor Allah onder alle omstandigheden). En dat beef ik dan ook zeggen. Toch bleven hun woorden door mijn hoofd spoken, toen ik thuis kwam was ik ook heel angstig en verward, mijn lichaam trilde van binnen en dat had ik nog nooit meegemaakt. Soebh’aan Allaah, tijdens mijn maghrib-gebed, dwaalde mijn gedachten weg, ik moest opeens denken aan een boek dat mijn moeder een hele tijd terug had gekocht, dat heette: “De Geneeskunde van de profeet (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem).”
[Toevoeging van uwkeuze.net. Dit boek wordt toegeschreven aan al-Imaam as-Soyootie, maar al-Imaam as-Soyootie heeft dit boek nooit geschreven. Het genoemde boek bevat vele zwakke overleveringen.]
Ik had dat boek nooit gelezen maar nu had ik een bepaald gevoel dat tegen me zei, dat ik dat boek moest lezen! Nadat ik klaar was met mijn gebed ben ik rechtstreeks dat boek gaan zoeken, en al snel vond ik hem. Ik sloeg het boek open op de Inhoudsopgave, en Soebh’aan-Allaah, mij ogen vielen gelijk op een zin: Het voordeel van ziek zijn… Ik begon te lezen en de tranen bleven over mijn gezicht stromen, maar mijn lichaam was heel rustig… Ik las: Waarlijk, ziekte is een van de krachtigste stimulansen om een gelovige zich in berouw tot Allah te laten richten, de waarheid te spreken en berouw te tonen voor zijn slechte daden en zich tot de richting van de Tuin te wenden. Dit klopt helemaal, want dit is ook mijn ervaring.
Als moslim behoor je iedere dag de dood te gedenken, want als jij bijvoorbeeld de salaat gaat verrichten en daarbij in je achterhoofd houdt, dat dit de laatste salaat is die jij zult verrichten hier op aarde, dan ga jij je salaat heel anders verrichten, met veel meer imaan (geloof), en khoeshoo’ (nederigheid, concentratie), je zult iedere sadjdah (teraardewerping) Allah om vergeving vragen en je hoofd er bij houden. En daarom vraagt Allah ons om aan de dood te denken. Soebh’aan Allaah… En het is nu eenmaal zo dat als eenmaal iemand ziek word vaker denkt aan de dood. (Zie het artikel Khoeshoo’ tijdens het gebed.)
Ik las verder: Aboe Hoerayrah en Aboe Sa’ied (moge Allah tevreden zijn met hen) verhaalden dat de profeet (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem) zei (Nederlandstalige interpretatie): “Een gelovige lijdt niet aan ziekten, vermoeidheid, moeilijkheden of verdriet dat hem angstig maakt, of van een doorn die in zijn huid prikt, zonder dat Allah hem zijn slechte daden ervoor vergeeft.” Dit is door al-Boekhaarie en Moeslim overgeleverd.
Er is ook overgeleverd dat de profeet (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem) gezegd heeft (Nederlandstalige interpretatie): “Waarlijk, een gelovige moet niet bang voor ziekte zijn als hij wist wat voor goeds er van het ziek zijn komt, dan zou hij ziek willen zijn, tot hij stierf.” Deze h’adieth is door Aboe d-Dzar overgeleverd.
Sa’d ibn Abie Waqqaas (moge Allah tevreden zijn met hem) zei: “Ik zei: ‘O boodschapper van Allah! Wie van de mensen worden het meest rigoureus op de proef gesteld?’ Hij (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem) zei (Nederlandstalige interpretatie): ‘De profeten, vervolgens de rechtschapenen en vervolgens dan de beste van de mensen en degenen die hen opvolgen in goedheid.’ Hij zei: ‘Een persoon zal beproefd worden in overeenstemming met zijn niveau van religieuze toewijding. Als zijn religieuze toewijding sterk is, zal hij heviger beproefd worden; en als zijn religieuze toewijding zwak is, zal hij licht worden beproefd. Tegenspoed zal een persoon blijven overkomen (en hem reinigen) totdat hij op aarde loopt zonder een zonde op hem.’” Deze h’adieth is door at-Tirmidzie overgeleverd. Dit was voor mij een lichtpuntje, het lichtpuntje dat ik nodig had, en dat ik al-h’amdoelillaah heb gekregen!
Door heel deze ervaring is mijn imaan sterker dan ooit tevoren en een grotere beloning kon ik me niet wensen. Ik zal niet opgeven en blijf vechten, wat de doktoren ook zeggen, Allah weet het beste.
Ik hoop dat ik met mijn verhaal iemand heb kunnen helpen, die misschien ook in een moeilijke situatie zit. Zoek vandaag nog kennis, zoek vandaag nog naar jouw Heer, want wie weet ben je er morgen niet meer… Ik heb geleerd dat wat de doktoren ook tegen mij zeggen, er is er maar één die ziekte geeft en die ziekte neemt, en dat is Allah de Verhevene. Ik ben in Zijn Handen en alles gebeurd met Zijn Wil.
Dit was mijn ontdekkingsreis, en eigenlijk ben ik nog altijd op ontdekking, en dat zal ook zo blijven zolang ik op aarde ben. Ik hoop dat mijn kennis zal groeien, en dat Allah mij op het goede pad zal blijven leiden, en dit geldt uiteraard voor alle moslims.
Ina lielahie wa ina ielayhie radji’oen (wij behoren aan Allah en zullen naar Hem terugkeren)…