Mijn terugkeer naar Allah.
Ik ben geboren in een islamitisch gezin in het voormalige Joegoslavië. Mijn ouders hebben hun best gedaan om ons een goede opvoeding mee te geven, maar omdat de economische situatie niet zo gunstig was, moest er dag en nacht gewerkt worden, mede dankzij een groot aantal kinderen, namelijk zeven.
Toentertijd hadden wij een sterke leider, ‘Tito’, die met alle macht en middelen heeft geprobeerd om iedereen te overtuigen dat er geen God is. Als kind houd je het meest van je ouders en omdat je in die leeftijd niemand zo goed kent en vertrouwt als je ouders, geloof je blindelings in je ouders en zij zeiden dat er wel een God is, en Die is Almachtig en Genadevol.
Als je een bepaalde leeftijd hebt bereikt, dan hoor je dagelijks van de media en leerkrachten dat alles per toeval ontstaan is, maar ik bleef standvastig geloven dat mijn ouders het beter wisten. Tot de dag dat er gezegd werd: “Het is de normaalste zaak van de wereld om je ouders te geloven, want zij wensen het beste voor hun kinderen. Maar zij weten het niet beter, omdat zij heel laag opgeleid zijn. Kijk naar ‘Tito’. Die is overal geweest en is heel erg ontwikkeld en is president voor het leven, het hoofd van de strijdkrachten, het hoofd van C.P.Yu. (Communistische Partij van Joegoslavië) etc. etc.”
Dus de zaak werd “wetenschappelijk” aangepakt en veel mensen werden erdoor “overtuigd” en door gebrek aan kennis ging men twijfelen; ik ook. Maar op een gegeven moment, nadat ik een tijd met twijfels had geleefd, ben ik gaan nadenken over de waarheid en over het “geloof”.
Het is moeilijk om in een paar zinnen uit te leggen hoe Allah mijn hidayah (leiding) weer terug gegeven heeft. Er zijn een paar punten die mij diep hebben geraakt, enkele gebeurtenissen die mij deden beseffen dat het belangrijk was om meer aandacht aan mijn religie te schenken. Ik zal er een paar in het kort noemen.
In Macedonië had ik een taxibedrijf waarmee ik excursies, dag-, boot- en natuurtochten aanbood en ik verhuurde ook fietsen. Ik organiseerde etentjes, kampvuren en dergelijke voor toeristen. Er waren ook veel Nederlandse toeristen en onder hen was een gezin uit Leeuwarden, dat ik goed heb leren kennen. Op een gegeven moment ben ik met mijn gezin naar Nederland gekomen i.v.m. de oorlog. Ik raakte hierdoor mijn werk kwijt, want er kwamen immers geen toeristen meer. Maar een belangrijkere reden was dat ik jong was en de militaire dienstplicht vervuld had. Ik moest strijden in het leger van Milocovich. Dat weigerde ik en daardoor moest ik vluchten.
In Nederland heb ik dat ene gezin uit Leeuwarden weer ontmoet en we bleven contact houden, zelfs na hun scheiding. Na een tijd werd ik benaderd door de vrouw, of ik met mijn gezin naar haar woonplaats wilde komen. Zij vertelde mij dat ze moslimah wilde worden en ze vroeg of ik tolk wilde zijn bij haar shahaadah, omdat de Turkse imam in de Turkse moskee geen Nederlands sprak. Ik ging op haar verzoek in en vertaalde wat de imam haar vroeg en ik vertaalde haar antwoorden. Op een gegeven moment vroeg de imam waarom zij moslimah wilde worden. Had ze soms een moslimman ontmoet en wilde ze daarom moslimah worden om te kunnen trouwen? Of waren er andere redenen? Op deze vraag gaf ze kort en krachtig antwoord: “Ik heb op dit moment geen man, maar ik heb een joodse vader en een christelijke moeder. Maar ondanks dit bleven vele vragen onbeantwoord. Totdat ik de Qor-aan ging bestuderen. Toen vond ik antwoorden op al mijn vragen en daarom word ik moslim.” Toen ze dit zei, kon ik dit bijna niet vertalen. Ik kreeg iets in mijn keel en ik kon het niet uitspreken. Want ik was moslim, maar ik deed er vrij weinig mee. En zij, met een compleet andere achtergrond, koos voor de religie die ik liet liggen. Dit zette mij aan het denken.
Een andere gebeurtenis is dat mijn vrouw een keer droomde over de profeet Moh’ammed (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem). Zij vertelde mij over het feit dat ze over hem gedroomd had. Ik vroeg haar wat hij zei, maar ze kon toen niet zeggen hoe of wat. Tot op de dag van vandaag kan ze niet zeggen wat ze precies gedroomd heeft. Het enige wat ze zei was heel mooi; ze zei dat ze een hoofddoek wilde gaan dragen en of ik haar toestemming wilde geven. Ik zei: “Natuurlijk, maar doe het rustig aan, we moeten rustig onderzoek doen.” Zo zijn we langzaam aan meer kennis gaan opdoen over onze religie.
Een bekeringsverhaal dat mij gemotiveerd heeft, is het verhaal van een bekeerde Amerikaan. Ik heb een boek gelezen dat is geschreven door een Amerikaanse fysicus uit Chicago, die zich na zijn bekering Moh’ammed Essat noemde. In dat boek vertelt hij hoe hij de Islaam heeft leren kennen. Terwijl hij op de trein stond te wachten, raakte hij in gesprek met een Pakistaanse dokter die daar op congres was. In eerste instantie spraken ze alleen over koetjes en kalfjes, maar toen de trein kwam, wilden ze afscheid nemen en wisselden adresgegevens uit. De Pakistaanse man vroeg aan de Amerikaan of hij ooit de Qor-aan had gelezen, waarop de Amerikaan “nee, nog nooit” antwoordde. De Pakistaan haalde uit zijn tas een Qor-aan met Engelse vertaling en gaf hem aan de Amerikaan. Ze namen afscheid en spraken af dat als de een weer naar Amerika zou komen, of als de ander naar Pakistan zou gaan, dat ze elkaar dan weer zouden ontmoeten. Twee jaar later was de Pakistaanse broeder weer in Amerika en hij belde de Amerikaan op. De Amerikaan haalde de Pakistaan op en nam hem mee naar zijn huis. Bij het huis aangekomen, dacht de Pakistaan dat hij in een soort van moskee was. Hij zag een vrouw met h’idjaab. Het bleek dat de Amerikaan zijn hidayah had gevonden en dat hij moslim was geworden. De Pakistaan was aangenaam verrast en vroeg hoe het was gegaan. De Amerikaan vertelde dat hij fysicus was, een topwetenschapper, en dat hij bijna alle natuurwetten kende. Toen hij de Qor-aan las die de Pakistaanse man hem gegeven had, vond hij vele natuurwetten terug in een boek dat ruim 1400 jaar geleden geschreven is. Hij zei dat hij verbaasd was, dat deze feiten toen al opgeschreven waren, terwijl ze vele jaren later pas zijn ontdekt met behulp van de moderne technologie. Hij voegde eraan toe dat de schrijver van de Qor-aan geen mens kon zijn en dat hij accepteerde dat de Qor-aan van de Schepper moest zijn en daarom heeft hij zich bekeerd tot de Islaam en is moslim geworden. Dit was zeer aangenaam om te horen voor de Pakistaanse broeder. Maar op de vraag of hij nu gelukkig en blij was, antwoordde de Amerikaan dat hij niet blij was en dat hij boos was op de moslims. De Pakistaan schrok behoorlijk van dit antwoord en vroeg wat hij bedoelde. De Amerikaan zei: “Kijk, de Japanners hebben een auto gebouwd, iets wat veel geld kost en onderhoud nodig heeft en iets wat op den duur kapot gaat. Ze hebben overal onderhoudsstations gebouwd en geven garantie op hun product. De Japanners proberen de mensen te overtuigen om er geld aan uit te geven om het aan te schaffen. Maar niet alleen auto’s, ook radio’s en horloges en alles wat zij produceren. Ze hebben het voor elkaar gekregen om hun producten over de hele wereld te exporteren en te verkopen. En jullie, jullie hebben een product dat bijna niets kost, het heeft geen onderhoud nodig, het gaat niet kapot, het bevat geen fouten en is volmaakt en garantie is niet nodig, want onze Schepper staat er garant voor. Maar jullie hebben er zo lang over gedaan om hem hierheen te brengen, zo’n 1400 jaar, waardoor hij te laat is gekomen voor mijn ouders, die nu als ongelovigen zijn gestorven. Mijn ouders waren heel verstandige mensen en ik ben er haast van overtuigd dat als jullie de Qor-aan eerder hierheen hadden gebracht, dat ze net zoals ik de Islaam hadden geaccepteerd. Maar ze zijn nu als koefaar (ongelovigen) gestorven dankzij jullie…” Ja, als je zoiets hoort dan ga je nadenken en je gaat hongerig op zoek naar informatie en het motiveert je om veel, heel veel da’wah te verrichten (mondelinge, schriftelijke en gedragsmatige uitnodiging tot de Islaam).
Ook de wetenschappelijke wonderen in de Qor-aan maken heel wat los in je. (Zie Wonderen in de Koran.) En het leven van de profeet Moh’ammed (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem). Als je dat bestudeert, dan vraag je jezelf af hoe het mogelijk is dat een man zo goed, volmaakt en zachtmoedig, maar ook zo wijs en dapper tegelijkertijd kan zijn, zo groots maar toch zo nederig. Dat zijn toch dingen die je aan het denken zetten. Ik denk ook dat de oorlog in voormalig Joegoslavië en de manier waarop ze toen met moslims zijn omgegaan, vooral in Bosnië, je wakker schudt en je hongerig maakt naar informatie. Maar ook als je leest dat grote professoren, die denken dat ze ‘alles’ weten, na het lezen van de Qor-aan gaan beseffen dat ze eigenlijk niets weten en dat alle wijsheid in de Qor-aan is en dat zij moslim worden, dan vraag je jezelf ook af, hoe is dit mogelijk? Waarom kiezen zij als niet-moslim wel voor de Islaam en ik als moslim onvoldoende? Laatst las ik over een jonge Russische bekeerde moslim, die nu met de Tsjetsjeense vrijheidstrijders tegen de Russische onderdrukking aan het vechten is. Ik vraag me dan af, hoe ver is hij en waar sta ik? En ga zo maar door.
Dit zijn enkele gebeurtenissen die mij aan het denken hebben gezet. Ik dacht bij mijzelf, ik moet de zaak eenvoudig maar wel wetenschappelijk aanpakken. Ik dacht na over wat geloof is. Ik kwam erachter dat geloof iets is wat niet waar hoeft te zijn, zoals: vroeger geloofden mensen dat de aarde plat was, maar dat ‘geloof’ heeft de aarde niet plat gekregen. De Maya’s geloofden dat de zon offers nodig heeft om te kunnen overleven en daarom gingen zij soms duizenden mensen tegelijk afslachten om de zon te ‘voeren’. Nu was ik er achter dat je net zo sterk ergens in kon ‘geloven’, maar dat hoefde niet waar te zijn en toen heb ik besloten om de waarheid te zoeken met de intentie om die eenmaal te vinden en te aanvaarden, want mijn ouders konden ook, net zoals de Maya’s, het verkeerde geloof hebben.
Na jaren lang onderzoek, nadat ik veel wetenschappelijke literatuur had gelezen en nadat ik de Heilige Boeken had gelezen; Thora, de Psalmen, 5 Evangeliën (nu de 6de, het evangelie van Thomas) en de Heilige Qor-aan, kon ik pas alles op een rijtje zetten. Maar al-h’amdoelillaah, de wonderen van de Qor-aan hebben hun werk gedaan en daarom kan ik nu zeggen dat ik niet meer ‘geloof’, maar ik zeg: “Ik weet het zeker.”
Ik raad het iedereen aan om niet zomaar te geloven in wat er gezegd wordt, maar onderzoek alles grondig. Lees boeken, ga naar lezingen, volg lessen, vergaar kennis, onderwijs je zelf. Zet je begeerten en lusten aan de kant en volg je gezonde verstand. Als je oprecht op zoek gaat naar kennis, dan zal Allah de Verhevene je hidayah (leiding) geven, inshaa-a Allaah.
Vaak denk ik soebh’aan-Allaah (Glorieus is Allah) en moet ik een traantje weg pinken. Ik hoop dan dat ik mijn kinderen de waarheid duidelijk kan maken, inshaa-a Allaah. Misschien dat zij kunnen bereiken waar wij als ouders niet in geslaagd zijn; de maatschappij duidelijk maken dat de Islaam helemaal geen bedreiging is en dat zij de schoonheid van de Islaam duidelijk aan de niet-moslims kunnen laten zien. Dat veel problemen ontstaan doordat zij de Islaam onvoldoende of niet kennen en dat je er niet bang voor hoeft te zijn, maar dat het juist de oplossingen bevat voor veel problemen. Bij ons in Macedonië hebben wij een spreekwoord, dat zegt: een halve doktor ontneemt je het leven, want tijdens een operatie maakt hij fouten die fataal zijn voor je leven en een halve imaam ontneemt je het geloof, want hij zegt dingen die niet kloppen waardoor de waarheid vertroebelt en je niet meer overtuigd bent. Of hij kan de juiste bewijzen niet laten zien waardoor je gaat twijfelen. Dit is fataal voor je geloof. Het gebrek aan kennis en informatie is het grootste kwaad en de grootste vijand voor ons. Inshaa-a Allaah wordt het in de toekomst beter, en moge Allah ons allen naar het rechte pad leiden en beschermen tegen het kwaad.
Ik heb bewondering voor jullie, die bij wijze van spreken pas gisteren moslim zijn, maar nu al veel beter bezig zijn en effectiever de Islaam beleven en verkondigen, dan wij die in een islamitisch gezin zijn opgegroeid. Inshaa-a Allaah zullen jullie beloond worden in het Hiernamaals door Allah de Verhevene met al-Djennah (het Paradijs) en inshaa-a Allaah worden jullie buren van de profeet Moh’ammed (Allahs zegeningen en vrede zijn met hem). Want het is niet niks wat jullie doen. Aan de ene kant ben ik heel blij en trots op jullie, maar aan de andere kant schaam ik mij dat ik ruim 40 jaar zogenaamd moslim ben, tussen aanhalingstekens, en dat ik veel minder doe dan jullie. Moge Allah mij kracht en standvastigheid geven, waardoor ik doe wat ik moet doen en waardoor ik laat wat ik moet laten.
Suleyman